Sabine Verheyden | Directie

Eerste jaar

In het eerste semester krijg je een rapport (dagelijks werk 1) in oktober en een rapport in december (dagelijks werk 2). In december krijg je ook een semesterrapport. In het tweede seemster krijg je een rapport (dagelijks werk 3) voor de paasvakantie en een rapport in juni (dagelijks werk 4). Op het einde van het schooljaar krijg je ook een semesterrapport en een jaarrapport.

Je cijfer voor elk dagelijks werkrapport bestaat uit alle toetsen (KO’s), opdrachten, permanente evaluatie… Je kan je punten steeds opvolgen via het puntenboekje op Smartschool.

Tweede jaar

In het tweede jaar hanteren we dezelfde werkwijze in het eerste semester als in het eerste jaar:  je krijgt een rapport (dagelijks werk 1) in oktober en een rapport in december (dagelijks werk 2). In december krijg je ook een semesterrapport. In het tweede semester krijg je eveneens een tussentijds rapport voor de paasvakantie (dagelijks werk 3) en een laatste tussentijds rapport (dagelijks werk 4) samen met het semester- en jaarrapport (inclusief examenrapport) in juni. 

Je cijfer voor elk dagelijks werkrapport bestaat uit alle toetsen (KO’s), opdrachten, permanente evaluatie… Je kan je punten steeds opvolgen via het puntenboekje op Smartschool. 

 

Tweede en derde graad

Vanaf de tweede graad krijg je in het eerste semester twee tussentijdse rapporten (dagelijks werk 1 in oktober en dagelijks werk 2 in december) en een semesterrapport (incl. examenrapport) eind december. In het tweede semester krijg je eveneens twee tussentijdse rapporten (dagelijks werk 3 voor de paasvakantie en dagelijks werk 4 in juni). Dit semester wordt afgesloten met een semesterrapport (incl. examenrapport) eind juni en een jaarrapport. 

Je cijfer voor elk dagelijks werkrapport bestaat uit alle toetsen (KO’s), opdrachten, permanente evaluatie… Je kan je punten steeds opvolgen via het puntenboekje op Smartschool.